Skip to the main content

“We moeten onze bescheidenheid afleggen”

Na ruim tweeënhalf jaar neemt Sander Gerritsen afscheid als voorzitter van de stuurgroep van het programma Medicatieoverdracht. In dit afscheidsinterview kijkt hij terug: op de lessen, de uitdagingen en de resultaten waarop het programma trots mag zijn.

Hoewel Sander uitkijkt naar zijn nieuwe rol als interim-gemeentesecretaris van Groningen, valt het hem zwaar om het programma Medicatieoverdracht los te laten. “Ik had met alle plezier nog een paar jaar door willen gaan. Maar de combinatie is niet te doen. En dan moet je kiezen.” 

“Gaandeweg ben ik het belang van dit programma steeds meer gaan inzien”, vertelt Sander. “Ik had me vooraf natuurlijk ingelezen en een paar gesprekken gevoerd. Je weet: er worden 1.200 mensen per week opgenomen in het ziekenhuis door een medicatie-incident en de helft daarvan is vermijdbaar. Maar als je in gesprek gaat met artsen, apothekers en verpleegkundigen wordt pas echt voelbaar hoeveel dit programma gaat betekenen voor de veiligheid van de zorg.” 

Mensen echt spreken
Sander moet even nadenken over wat zijn belangrijkste bijdrage is geweest. “Ik denk dat ik heb geholpen om de gezamenlijkheid te versterken. In het begin voelde de stuurgroep als een overlegtafel van sectorbelangen. Nu is er veel meer een gedeeld doel. Ik heb geprobeerd om mensen echt te spreken. Niet alleen in de vergaderingen, maar ook erbuiten. Bellen, koffiedrinken, vragen: waar loopt jouw sector tegenaan, wat hebben jullie nodig? Investeren in relaties helpt.” 

Maar Sander benadrukt vooral hoezeer hij onder de indruk is van het werk van het hele team van programma Medicatieoverdracht. “De expertise, het continu leren en bijsturen en ondertussen de energie en het optimisme vasthouden. Ik heb daar echt bewondering voor.”  

De grootste uitdaging voor Sander was de complexiteit van het programma. “Er zijn zoveel actoren en factoren die allemaal in elkaar grijpen. Het is complexer dan alles wat ik hiervoor heb gedaan.” Maar juist die complexiteit maakt het ook leuk: “Ik hou ervan om te redeneren vanuit de basis: waarom doen we dit, wie is waarvoor verantwoordelijk? Het dwingt tot helder denken.”  

Geen ICT-programma
Een misverstand dat Sander graag de wereld uit helpt, is dat Medicatieoverdracht een ICT-programma zou zijn. “Het is niet alleen een verandering in de ICT-systemen, het is een zorgtransformatie. Dit programma betekent een fundamentele verandering in de manier waarop zorgverleners samenwerken.” 

Een tastbaar voorbeeld daarvan zijn de ketenafspraken die binnen het programma Medicatieoverdracht zijn gemaakt. “Het vraagt veel van sectoren om een stukje autonomie los te laten, om anderen over de schutting mee te laten kijken en om een mening van buiten je sector serieus te nemen. Maar het is nodig en we doen het.” 

Het eerste schaap
Niet alles is rozengeur en maneschijn, dat geeft Sander zonder meer toe. “Het duurt lang en dat frustreert ook mij soms. Maar ik weet ook: we staan absoluut niet stil. De vooruitgang die ik de afgelopen 2,5 jaar heb gezien is groot. Als stuurgroep hebben we een paar keer een demo gehad van de software die al gerealiseerd is in de Kickstart, dat motiveert enorm.” 

“En bedenk wel”, zegt Sander, “wij zijn de pioniers. Heel veel dingen die wij nu doen, zijn nog niet eerder gedaan, zeker niet op deze schaal.” Hij ziet Medicatieoverdracht als eerste in een reeks van complexe transformatieprogramma’s die nodig zijn om de zorg toekomstbestendig te maken. “We zijn het eerste schaap over de dam. Wat wij leren, is straks van onschatbare waarde voor andere gegevensuitwisselingen en programma’s binnen het Integraal Zorgakkoord en de EHDS.” 

Bescheidenheid afleggen
Sanders laatste goede raad aan zijn opvolger Rob Beuse en iedereen die bij het programma is betrokken, is om de bescheidenheid af te leggen. “We krijgen zoveel voor elkaar. De technische infrastructuur komt echt van de grond. De ketenafspraken liggen er. Sectoren die nooit eerder afspraken maakten, zitten nu structureel met elkaar aan tafel. Dat is een mega-prestatie en dat mag de wereld weten.”  

Al is de implementatie voor sommige zorgverleners nog steeds ver weg, ze moeten weten wat eraan komt, vindt Sander. “Ik spreek te vaak huisartsen die er nooit van hebben gehoord. Terwijl ze wél enthousiast worden als je uitlegt wat we aan het doen zijn. Dan vallen ze van hun stoel. We maken iets onomkeerbaars en dat moeten we iedereen laten zien.” 

 

Ga naar boven

Volg ons